Vandaag hebben we een intrigerende ontmoeting met Anu. Anu is een kleine, pittige vrouw, een geboren Sami en ze runt met haar man een heuse rendierfarm. In Lapland zijn er meer rendieren dan inwoners. Ooit vertrok Anu uit het noorden van Lapland om te studeren naar Helsinki maar een heftig heimwee naar de rust, sneeuw en rendieren deed haar besluiten hier een leven op te bouwen. De rendieren moeten voor inkomen zorgen. Door hun vlees, huiden en een stukje toerisme.
We voeren de rendieren korstmos of zoals veel mensen het noemen rendiermos. Ze komen op ons af voor de hapjes maar blijven schichtig. Echt geschikt als huisdier zijn ze niet, zich hechten aan de mens doen ze niet. Na 3 dagen vrij in de natuur zijn het weer wilde dieren en de mens vergeten. Goed zo.
We stappen in een slee, getrokken door een rendier. We zijn hier met Agnes, Rob en een Duits echtpaar. Alle sledes zijn aan elkaar verbonden. Zacht glijden we door een stil landschap, de schoonheid ervan is niet te beschrijven en de rest van de wereld lijkt heel ver weg. Maar zelfs hier in deze geisoleerde omgeving is het nieuws van het binnenvallen van de Russen in de Oekraïne binnengedrongen. Tranen wellen op in Anu’s ogen, het verdriet zichtbaar op haar gezicht. Wij staan machteloos om haar heen.
Maar concentreren op de rendieren. Deze exemplaren, de Rudolfs voor de sleetjes, zijn half wild en we mogen niet hard praten of de dieren aanraken. Anu legt uit dat de training van de dieren vooral bestaat uit ze rustig te laten lopen. Van nature willen ze het tempo opvoeren en dat lijkt me wel wat. Maar de kans is er dan dat een van de dieren zich verstapt of wegzakt in de sneeuw met een hele ravage van alle sleeën en inzittenden tot gevolg. Dan maar rustig aan. Ons rendier kijkt geniepig en weet later zijn tuig te slopen. Dat beloon ik door hem korstmos te geven.
We stoppen bij een Lapse tippi, een Laavu. Binnen warmen we ons aan een houtvuur en genieten van soep met brood, die ochtend gemaakt door Anu. Ze vertelt enthousiast over haar leven. Vragen als hoeveel rendieren ze heeft of hoeveel grond wordt als zeer onbeleefd in Lapland ervaren. Dat zijn typisch vragen die Nederlanders stellen. Oeps, gelukkig stelden Bart en ik ze niet! Ze sommeert ons i.v.m. haar kinderen alles op te eten want: “mam, wij willen niet steeds de restanten moeten eten.” Verder: “Het is ook vrijdag en dan mogen ze snoep kopen en hamburgers.”
Dus eet iedereen 2 borden soep van aardappel met wortel en rendiervlees leeg ( ik een vegetarische versie ) en drinken warme rodebessensap. Het verbaast me dat ondanks haar grote liefde voor de rendieren en deze beesten ons ook nog braaf voor de terugweg op staan te wachten, ze berekent dat ze 1000 kilo vlees kan leveren aan lokale restaurants. Ze kijkt mij aan en zegt: “trouwens mijn rendierburgers zijn de allerlekkersten!” Ik geloof haar op haar woord en we slenteren glimlachend samen naar de sleeën om de terugweg aan te vangen.
…





