Het lot (9)

We breken de tent af, letterlijk in dit geval, we gaan weer voorwaarts naar een andere camping. Op naar Conques, een schattig Middeleeuws plaatsje in Aveyron. Gek genoeg geeft de navigatie over de grote (tol)wegen een uur en 6 minuten lángere reistijd aan dan als we de vast veel mooiere D-wegen binnendoor nemen. Die beloven een reistijd van vier uur. De rit is inderdaad prachtig, de weg slingert door het landschap dat waar je maar kijkt haast surrealistisch mooi is. We komen door allerlei gehuchtjes, het een nog kleiner dan de ander. Het is wel vermoeiender rijden dan de grote wegen maar we stoppen voor een lunch onderweg en wisselen het chaufferen af. Het laatste stuk tot Conques rijd ik en het is slingerend omhoog en omlaag rijden op een smalle weg vol haarspeldbochten langs rotswanden. Ik  heb het geluk slechts driemaal een tegenligger te hebben en die passages zijn op een redelijk makkelijk stuk weg. Toch ben ik blij dat we er zijn. 

Gearriveerd op camping Le Temps d’une pause’ kijken Bart en ik elkaar verbaasd aan. Hier waren we eerder! Een jaar of wat terug nadat we Santiago di Compostella hadden bereikt, hebben we eenmaal op de terugweg, hier ook met de tent gestaan. We zijn zelfs een extra dag gebleven omdat de omgeving zo mooi was en hadden graag nóg langer gebleven. De herinneringen komen terug. De kapel hoog op een berg waar ik de bel luidde wat niemand in het dorp kon zijn ontgaan! Grappig dat we per toeval hier weer zijn. Of zou dit het lot zijn? Onze tent zetten we namelijk pal naast een zijriviertje van de Rivier du Lot op, de Dourdou, die over grote stenen kabbelend door het landschap kronkelt. Het heeft iets rustgevends. Ze geven de komende week heerlijk warm weer af met op de weerapp veel zonnetjes. Jongens, we zitten hier prima! 

Wakker worden zonder regen is fijn en ook al is het nog bewolkt, het is vrij zacht en je voelt dat het een mooie dag gaat worden. Na het ontbijt wandelen we op het vrij steile pad naar boven naar Conques wat absoluut een aanrader is. Het plaatsje, is bekend geworden omdat het een heilig relikwie herbergt, namelijk de schedelkap van Sint Foy. Dit jonge christelijke meisje stierf in 300 na Christus een vreselijke marteldood in Agen. In 866 brachten ze het stoffelijke overschot naar Conques. Nu is het een belangrijke plek op een van de routes naar Santiago de Compostella (pelgrims kwamen immers van alle kanten) en bovendien een van de mooiste plaatsjes van Frankrijk. De langeafstandspaden GR62 en GR65 lopen hier doorheen. We zien drie jongemannen op pad gaan. Mijn ogen registreren direct de beginners. Ze proberen met hun veel te zware bepakking stoer te lopen maar gaan eerst maar overleggen op een bankje onder een boom, even later gaan ze aan de koffie. Mijn gedachten gaan terug naar alle jaren waarin Bart en ik met onze grote rugzak op pad gingen met ons piepkleine tentje en we naast lange bergroutes tevens vaak gepelgrimeerd hebben. Wij liepen ook naar Santiago de Compostella maar wel vanuit een andere richting. We pelgrimeerden zelfs vanuit Groningen helemaal naar Rome. Herinneringen tuimelen door mijn hoofd. Het liefst wil ik naar de knullen toegaan en ze zowel moederlijke als praktische tips meegeven maar ze moeten hun eigen pad vinden. Het gaat ze vast en zeker lukken. Een poos later zien we ze al vermoeid voorbij lopen, amper een uur op pad. 

Tijd voor koffie en mijn sentimentele bui af te schudden. Dat lukt prima als ik hoor hoe hier de toeristen in het Engels worden aangesproken. De tijd dat je enkel je in het Frans kon redden in Frankrijk is namelijk wel voorbij. We horen een jongeman vragen: ’Do you want English or French? English? Me, I speak English too. Hé what do you want!?’ Misschien moet ik mezelf mijn grammaticale foutjes in het Frans wat minder zwaar aanrekenen.  

Het wordt warmer en we keren terug naar de camping. Er is hier zelfs een klein zwembadje en wanneer ik erin spring (ik doe graag stoer want ik erger me namelijk altijd aan mensen die eindeloos lang moeten ‘doorkomen’ en daarbij heel voorzichtig hun onderarmen en benen natmaken, weer op de rand gaan zitten, met hun benen bungelen waarna het nog heel lang duurt voor ze in het water zijn) beneemt de kou me heel even de adem. Maar daarna is het water heerlijk.  

Eindelijk is het zover, ik werk een paar uur aan mijn nieuwe boek. Ik heb er zin in, het boek moet geschreven worden. Vanaf nu wil ik iedere dag  paar uur werken aan ‘Sijpelend Gif’, de titel van mijn volgende boek. Een betere werkomgeving kan ik me niet wensen. Ik ben zo geconcentreerd bezig dat het me helemaal ontgaat dat er een hoop nieuwe kampeerders bij zijn gekomen. Naast ons en tegenover ons staat exact dezelfde tent als die van ons! Decathlon, een Frans bedrijf, doet blijkbaar goede zaken. Drie exact dezelfde exemplaren bij elkaar en geen verlichting op de camping. Bart hangt voor we gaan slapen een lantaarnlampje aan de buitenkant van de tent. ‘Als je er vannacht uit moet Jan, dan doe je dit lampje aan. Dan weet je naar welke tent je terug moet want eerlijkheidshalve zie ik jou zo de verkeerde tent instappen’. Heerlijk toch, zo’n man! 

5 gedachten over “Het lot (9)

  1. schitterend beschreven, de rit binnendoor , als ik m’n ogen diht houd , dan zie ik wat jullie hebben gezien .
    heerlijk op een dorpsplein onder een grote boom , genieten van de rust in dat dorpje , ultiem genieten van een koffie met een croissant .
    de zon knisperend door de bladeren van de boom.

    Like

  2. Hoi Janneke, wat kun jij prachtig schrijven. Lief dat je dit deelt met ons. Vanaf het begin kan ik mee gaan in jouw belevenissen. Ik kan zelfs meegenieten. Dankjewel, en nog veel plezier samen met je partner waar je liefdevol over schrijft. Pauline.

    Geliked door 1 persoon

  3. hahaha, Bart neemt zijn taak serieus door een lamp voor je op te hangen, zeker bang dat je morgen naast de buurman wakker wordt😂

    Like

Plaats een reactie